zondag 12 februari 2012

C 3 Een nieuwe stijl van werken - Mat. 6,25-35 - preek


First things first

 Wie zou je zijn zonder je werk?
“Wie zou je zijn zonder je werk?” […] Da’s goed om over na te denken.
Want er gaat veel tijd in ons werk zitten. Gemiddeld zijn Nederlanders zes uur per dag met hun werk bezig, de weekenden meegerekend. Als je zo om je heen luistert, zijn veel mensen er maar druk mee. Druk, druk, druk…
Je bent er ook lang mee bezig, levenslang. De voorbereiding begint tegenwoordig al als je een jaar of vier bent. Dan ga je voor het eerst naar school. Dat is in ieder geval ook heel belangrijk voor je werk later. Heel veel kinderen weten al wat ze later willen worden [vragen!]. Werk is belangrijk. Op de middelbare school heb je er vaak al een baantje bij (sommigen zelfs nog eerder). Meer om het geld dan om het werk, denk ik, maar toch. Dan nog een beroepsopleiding of een studie. En dan werken, tegenwoordig tot je 67e en dan ga je pas met pensioen.
Ook als we niet wérken, praten we er met elkaar over. ‘Wat doe jij voor de kost?” je kunt er hele gesprekken over hebben. Lastig als je geen werk hebt, wat moet je dan op die vraag antwoorden? En waar kun jij over meepraten? Veel werklozen vinden dat op zijn minst vervelend, net alsof je er niet meer bij hoort.
En daarmee kom je bij een andere kant van werk. We besteden er niet alleen heel veel tijd aan, maar ontlenen er ook veel betekenis aan. Je werk vertelt veel mensen wie je bent. ‘Ik werk niet meer’, geeft aan in welke fase van je leven je nu bent. Te oud om nog te werken ‘Ik werk niet’, dat je geen betaalde baan hebt. Vreemd eigenlijk dat dit ‘niet werken’ is. Veel huisvrouwen werken heel hard, zonder er voor betaald te worden. Maar een betaalde baan heeft pas betekenis, kennelijk.
Dat hoor je politici ook zeggen: De PvdA is de partij van werk, werk, werk. Werkloosheid leidt tot uitsluiting van mensen, werk leidt tot meedoen. (soort evangelie) Voor de VVD is werk een topprioriteit. De beste sociale voorziening is immers een betaalde baan…
En zo zie je het gezicht van ons werk naar voren komen, het is niet alleen een agendavuller –een noodzaak- maar ook een zingever.
Zo wordt er in ons land gedacht en gesproken over werk. Hebben christenen daar nou eigen gedachten over? Wie is een christen dan zonder haar werk? Verschilt dat veel van de rest van de Nederlanders? […]

De Heer Jezus over werk
Gaat het in de Bijbel nu ook zo veel over werk? Nou eigenlijk niet. Het gaat er wel over, maar het neemt niet zoveel ruimte in als in onze samenleving. ’t Begint nogal negatief als het over werk gaat. Adam krijgt te horen: Vervloekt is de akker om wat jij hebt gedaan, zwoegen zul je om ervan te eten, je hele leven lang.  18 Dorens en distels zullen er groeien, toch moet je van zijn gewassen leven. 19 Zweten zul je voor je brood, totdat je terugkeert tot de aarde, waaruit je bent genomen: stof ben je, tot stof keer je terug.'  (Gen 3:17-19 NBV)
Uit dit bijbelse spreken, vlak na de eerste zonde, merk je dat arbeid niet meer echt vooral voldoening kan geven, maar eerder lijdt onder tegenslag, grote inspanning en vermoeidheid .
Werk is op deze manier gezien niet de zin van je leven, maar de last van je leven. Op allerlei wijzen wordt die moeite zichtbaar. In Col. 3,22-4,1, het bijbelgedeelte waar het deelnemersboek (over het jaarthema 'inburgeren' WD) vanuit gaat, lees je daar al iets over. Slaven die in mensonterende omstandigheden vernederd en misbruikt worden door hun meesters is er maar één voorbeeld van. In onze samenleving kunnen wij ook heel wat van die negatieve kanten van werk zien, van stress en burnout, via problemen op het werk tot geestdodende vormen van zwaar werk.
Paulus spreekt zich daar in die brief over uit. Ik vat het hier even kort samen, de rest komen jullie wel tegen in het themaboekje. Je zou het een  regeling omtrent het nieuwe werken kunnen noemen. Net zoals je in ons Koninkrijk Nederland allerlei regelingen hebt omtrent werk, heb die ook in het komende Koninkrijk van God. Ze bestaat uit de volgende onderdelen (afgekort DDVBB)

1. Doe je werk van harte uit gehoorzame toewijding
2. Doe het alsof voor de Heer is
3. Verwacht je beloning van de Heer
4. Beloon elkaar rechtvaardig
5. Behandel elkaar gelijkwaardig

Conclusie: Je werk heeft zin als je het voor de Heer doet en rechtvaardig blijft tegenover je meewerkende medemens. Behandel die met respect en wees eerlijk.

Weerstanden
Ik verwacht eigenlijk dat de meeste christenen hier op het eerste gezicht wel mee instemmen, tenminste na enige uitleg. Het zijn op zich waardevolle regels. Maar ik verwacht óók dat er na enig nadenken, misschien zelfs al direct, behoorlijke weerstanden wakker worden. In de praktijk van elke dag valt dit nog niet mee:
 -> (D) saai werk kun je  toch niet van harte doen           
-> (D) ik heb in eerste instantie met mijn baas te maken…                      
-> (V) en als mijn baas niet naar de Heer luistert loop ik mijn beloning mis  
-> (B) (als werkgever) in dit economisch klimaat kan dit niet, mij collega bezuinigt ook
-> (B) ja maar als mijn baas mij vernedert vind ik het moeilijk om respect te tonen/onwillige werknemer?

Kun je in de praktijk iets met de regeling voor het nieuwe werken? Deze week las ik in een boek van Tom Wright, de volgende uitspraak Een christelijke levensstijl buiten de context van het koninkrijk is als het spelen van een symfonie in een lawaaierige fabriek. En dat klinkt niet bij elkaar. Wel mooi hoor die christelijke idealen, maar wij leven (nog) in een samenleving die doorgaans niet-christelijk is. En daar passen ze gewoon nog niet.
Dus wat moet ik er mee in de huidige praktijk? Nu kun je maar het beste overleven en wachten tot het Koninkrijk definitief doorbreekt. Zeg maar, er blijft nog iets te wensen over!

De regeling voor het nieuwe werken roept al snel meer vragen op, dan dat ze beantwoordt . We moeten proberen dieper af te steken. Ik stel voor dat we rechtstreeks naar de Heer Jezus gaan luisteren. Ook Hij spreekt zich uit over werk, al denk ik dat we er in dit overbekende stuk gemakkelijk over heen lezen.

Mat. 6, 25-34.
Dit gedeelte zet ons leven in deze wereld, zeker als het om de vruchten van ons ons werken gaat, in het kader van het komende Koninkrijk zet.
Vier zaken vallen in ieder geval op:

1e meewerken aan het Koninkrijk
Het is niet de bedoeling dat we afwachten totdat het Koninkrijk definitief doorbreekt, voordat we de regeling omtrent het nieuwe werken kunnen toepassen.
God, onze Vader (!), gaat er van uit dat we met Hem streven naar de Koninkrijk.
Zoek – streef- eerst naar het Koninkrijk van God [33]. Ik denk dat je mag lezen: leef alsof het Koninkrijk er al is. Dus pas de regeling omtrent het nieuwe werken [DDVBB] nu al toe, dat kan!

2e want God is je Vader
We denken al snel dat het niet kán. Te confronterend! Bijv. van harte werken… dat hangt nogal van mijn werkomstandigheden af. Kun je op deze manier zwaar en geestdodend werk doen? Ik heb toch vooral met mijn baas te maken, dan kan ik wel aandacht aan relaties willen geven op mijn werk, maar de tijdsdruk laat dit gewoon niet toe! […] zo beleven we dat (ik geef toe ik heb een luxe positie, maar ik hoor wel eens wat). 
Met wie heb je vooral te maken? En dan is het antwoord van je Heer.
Besef wie je God is! Hij is je Vader, zegt je Heer Jezus. Ergens anders: Uw Vader en mijn Vader. Hij schenkt aandacht aan het voedsel van de mussen en aan de kleding van het gras. Zal hij dan geen aandacht hebben voor zijn eigen kinderen? Deze Wat denken jullie? Natuurlijk, heeft Hij dat!
En als Hij zo’n machtige Schepper is, kan Hij dan de wereld niet  vernieuwen. Kan Hij je niet inzetten bij de komst van zijn Koninkrijk? Is dat onlogisch?
Van wie voel je je het meest afhankelijk? Wie vertrouw je?. De Heer Jezus prikkelt ons hier, door iedereen die het niet vertrouwt kleingelovigen [30] te noemen. Mensen die dit niet doen komen geloof te kort. Vraag: geloof jij dat je hemelse Vader dan kan? Vertrouw je ook op Hem?

3e je hemelse Vader is je Werkgever.
Onze werkomstandigheden kunnen heel complex zijn. Veel werk, slechte verhoudingen op het werk, zorgwekkende economische omstandigheden, je gezondheid die niet echt mee wil. Je kunt er helemaal in onder gaan.
Het zijn serieus machten in je leven en als je er helemaal in onder gedompeld bent, dan lijkt het wel of die machten op je werk je kunnen maken en breken.
Maar je Heer Jezus doet hier het licht voor je aan! Kijk eens goed en zie hoe de verhoudingen werkelijk liggen. Je bent niet afhankelijk van je baan, en ook niet van je baas, niet van je gezondheid, of de economische omstandigheden, niet van je collega’s, je bent afhankelijk van de zorgen van God, je Vader
Hij zorgt voor je, via je baan, baas e.d. Hij brengt ook dag in dag uit het nieuwe Koninkrijk dichterbij. Daar is veel voor betaald, een enorme investering door zijn eigen Zoon, en jij hoort daar nu bij. God de Vader is nu je eigenlijke werkgever. En zijn belangrijke werkopdracht voor je is: Streef naar het Koninkrijk. Sinds je bij de Heer hoort is dat de belangrijkste opdracht in je leven. Dat betekent niet dat je het zonder een betaalde baan moet doen, via die banen zorgt Vader vaak voor je (Paulus). Maar je merkt dat in je werk het Koninkrijk wel voorop hoort te staan. Het gaat er niet vooral om je aardse baas te tevreden stellen, maar je hemelse Werkgever dienen. Gelukkig valt dat ook wel vaak samen.
Dat hoef je niet op eigen kosten te doen. Je Vader belooft voor je te zorgen! Geloof je dat?

4e Er is nog veel meer werk dan betaald werk
Als de Hemelse Vader je werkgever is, betekent dit nóg iets. Er is veel meer belangrijk werk dan dat waarvoor betaald wordt. Belangrijk werk dat moet gebeuren, gezien vanuit het belang van het Koninkrijk. Er zijn bijvoorbeeld veel mensen die je hulp nodig hebben, er is een gemeente waarin je je taak hebt, er is een Koninkrijk waaraan je moet bouwen.
(Reactie) Ja maar komt dat er dan ook nog bij, we hebben het al zo druk. Nee je Vader is een goede Werkgever. Je kunt ook niet alles, dat weet Hij ook wel. Hij vraagt niet van je dat je je doodwerkt. Hij vraagt: zoekt als eerste het Koninkrijk van God. Dat betekent: Stel de juiste prioriteiten. Eerst het Koninkrijk, dan het andere. Ik geef al het andere erbij. Voedsel en kleding. Wat heb je nog meer nodig? Zodat jij naar het Koninkrijk kunt streven. Geloof je dat?

Broers en zussen, als wij, Vaders kinderen, gered door de Heer Jezus, het werk voor het Koninkrijk niet doen, wie doen het dan? Helemaal in ons land? Als we het te druk hebben om daar nog tijd voor te hebben, wat is onze topprioriteit dan? Wat is er dan belangrijker dan het Koninkrijk? In onze tijdbesteding, in ons vertrouwen en geloof. Wat is de topprioriteit dan?
 Getuigenissen (uitleg!)
Je Vader geeft wat echt nodig hebt, in de woorden van Paulus is dat: onderdak, kleding en voedsel. Al het andere is extra. Als je Hem vertrouwt en met Hem aan het Koninkrijk werkt zorgt Hij voor je! Dat is echt zo!
Veel mensen kunnen hier denk ik ook in de gemeente verhalen over vertellen, hoe wonderlijk de Heer voor je kan zorgen. Juist wanneer je druk bent met zijn Koninkrijk – je eerste taak-

Je Vader vraagt je niet zorgeloos te worden, maar op Hem te vertrouwen en Hem te helpen. Geen zorgen maken betekent bij Jezus niet dat eten, drinken en kleding er niet toe doen (asceten) het gaat over de prioriteiten in je werk: zet de wereld voorop zoals die nu is en je krijgt haar zoals die nu is: roestig en door motten aangevreten, maar zet God  (de Vader) voorop en zijn Koninkrijk en je krijgt de hele wereld er bij zoals de Vader die nieuw aan het maken is. Dat is nog eens een belofte.
Broers en zussen, hoe heb je de laatste tijd naar het Koninkrijk gestreefd? En hoe ben je dat de komende tijd van plan? Goede vragen om met elkaar over door te praten in de groeigroepen

Stelling: Vanaf dat God onze Vader is geworden is leven in de stijl van het Koninkrijk in de praktijk heel goed mogelijk,  behalve voor mensen met gebrek aan geloof…  First things first… het belangrijkste eerst.

Geloof je dat?

Amen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Reacties zijn welkom